DEEL 13: God redde je niet, dat was ik
Door: Mafkeetels
Blijf op de hoogte en volg Tom
05 Maart 2009 | Tanzania, Dar es Salaam
God redde je niet, dat was ik
Don't step on my dreams, 'cause you just might slip...
Intussen loop ik steeds roder aan en, zoals dat gaat met rood aangelopen mensen, kijken ze niet goed uit en staan ze niet voor zichzelf in. De klap. Het is een doffe, rare klap, te vreemd om iets van te maken eigenlijk. De vensters knallen in scherven naar buiten. De deur verlaat de muur aan het hoofd van een grote wolk zwartkolkende rook en zeilt traag tuimelend door de lucht, om zich verderop in de aarde te begraven. Er kolkt nog meer rook uit, zwaar en vettig en massief. Eén van de muren knakt in elkaar en een andere kantelt lui het gazon op. En dan is daar nog iets dat, als een vastberaden champagnekurk, wegschiet in de gebeukte lucht. Ik heb in een vergeldingsactie van terroristische aard een niet mis te verstaan signaal afgegeven aan de mensen die mij in alle toonaarden vertelden dat ik mijn dromen hier niet waar kan maken. De moraal van dit droomverhaal is dat ik allergisch ben voor mensen die hun wijsvinger in mijn borst prikken en zeggen dat ik niet zal slagen in wat ik wil en ik er dus net zo goed niet aan kan beginnen.
Counting flowers on the wall
Nietsvermoedend van hetgeen gaande is, pretendeer ik rapporten door te spitten op interessante en relevante informatie voor het onderzoek en mijn afstudeerscriptie, als plotseling de gedrongen gestalte van Yuda met een dienblad rustend op zijn schouder in de deuropening van het kantoor verschijnt. “Bart problem with the door,” laat hij me weten. Ik ben niet onder de indruk. “He had problems with that door since the day we came,” doe ik de mededeling quasi-onverschillig af. Yuda haalt zijn vrije schouder op en verdwijnt. Ik ben vijf regels verder en geen snars wijzer als hij me voor de tweede maal op het probleem attendeert. Wederom wuif ik het weg. Bart is immers knullig en een beetje langzaam. Ja, langzaam, dan zeg ik het netjes. Echter, als de beste man voor de derde keer in tien minuten hetzelfde verhaal vertelt, besluit ik toch maar eens een kijkje te gaan nemen. Voor de goede orde, zullen we maar zeggen.
As innocent as Mandela, however, less important...
De deur naar de badkamer klemt. Nee, erger nog, het slot is zodanig defect dat klemmen een erg zwakke uitdrukking is. Bart, die zojuist Mandela op de trein heeft gezet, heeft zodanig veel sympathie voor de man ontwikkeld dat hij nu in een vergelijkbare situatie verkeert. “Ik ben net zo onschuldig als Mandela,” schreeuwt hij tegen dovemansoren. Het is maar net hoe je het bekijkt, want volgens een zekere groep mensen was Mandela niet onschuldig. Goed, terug naar de huidige situatie. In zo'n geval kun je maar een ding doen: sfeer maken! En bij The Beatles kom je dan nooit aan een gesloten deur... Opgejut door het toepasselijke nummer Help! bewerkt Yuda met een enorme ijzeren pin het slot en het kozijn. Waar gehakt wordt vallen spaanders. Amen. Ik ga er rustig bij zitten, ontwijk met speels gemak de in het rond vliegende splinters en laat de man zijn gang gaan. Het valt me op dat de klink bij hem zo ongeveer op ooghoogte zit, ik vertel dit om jullie een indicatie van zijn lengte te geven. Dan pak ik de camera en leg het tafereel vast. Altijd leuk voor nageslacht, toch? “Je levert niet echt een constructieve bijdrage aan mijn probleem,” verwijt hij me. “Ben maar blij dat ik dat niet doe,” antwoord ik, “zou wat zijn als ik bijdraag aan je probleem. Nee, dan lever ik liever een bijdrage aan de oplossing. Misschien.” Een mompelend “ja” en “dat is zo” bereikt me vanachter de deur. Nadat ik het lang genoeg aan heb gezien draag ook ik mijn steentje bij aan de bevrijding van de gevangene. Ik heb het vaak in films gezien en heb het zo graag eens willen doen: een deur intrappen en dan iets zeggen in de trend van 'Here's Johnnie!' Meerdere malen laat ik mijn voet met geweld uiterst gericht op het slot neerkomen. Het kraakt en buigt, maar breekt helaas niet. Ik besluit de camera maar weer aan te zetten om in elk geval nog een leuke herinnering aan dit moment over te houden. Gelukkig voor Bart bevrijdt Yuda hem even later door met een koevoet het slot de genadeklap te geven. De deur zwaait open; Bart zit rustig op het toilet en kijkt Yuda aan die zijn koevoet dreigend omhoog houdt. “Mzuka!”
Papillon
Tijdens het eten praten we na over het gevangenschap van mijn kameraad en komt Papillon ter sprake. Voor de leken onder ons, Papillon is de bijnaam van Henry Charrière, een Franse crimineel die veroordeeld werd tot jarenlange gevangenisstraf – voor een overtreding die hij niet begaan had, klinkt als de A-team is daarentegen geen B-verhaal – in de gevangenis kampen op Frans-Guinea. Het gelijknamige boek verhaalt zijn verblijf in de kampen en zijn ontsnappingspogingen. Een meeslepend verhaal dat ik iedere liefhebber aanraad. Bart voelt zich als de Kipepeo (Papillon, vlinder) van Dar es Salaam. De vergelijking is scheef, maar het moment in elk geval hilarisch.
The human mind is like an umbrella, it works best when its open
In mijn beleving moet je pas je aandacht richten op bepaalde zaken wanneer je daar de inspiratie voor hebt. Dan raak je immers in een flow en vallen de puzzelstukken vanzelf op hun plek. Zonder inspiratie doorbraken forceren, resulteert in frustraties en verwekt slechts stress; je blokkeert jezelf en je gaat twijfelen aan jezelf. Daar heb je nooit baat bij, wel? Inspiratie als drijfveer. Zo werkt het ook in Dar es Salaam. Het is
verstandiger je te binden aan inspiratie dan aan het fenomeen tijd. Overigens, bindt inspiratie niet aan tijd, want dan garandeer ik je dat waardevolle ingevingen verloren gaan in de tijd. Tijd. Nee. Je kunt het versnellen, afremmen en zelfs voor een moment bevriezen. Maar je kunt niet teruggaan in de tijd, daarin is ze onverbiddelijk. Wat gebeurd is, kun je niet meer ongedaan maken. Wat verloren is gegaan, kun je niet meer volledig terughalen. In strijd met de tijd verlies je altijd. Interessant vraagstuk dat uit dit alles voortvloeit, is: “Hoe kan ik bewust inspiratie opwekken?” Daarop heb ik nog geen passend antwoord, maar enkele voorwaarden waaronder inspiratie goed gedijd, ken ik wel. Rusten en ontspannen, bijvoorbeeld. Want terwijl je rust of ontspant – je slaapt, je leest een boek, je luistert muziek of je laat de hond uit – leggen je hersenen onbewust verbindingen tussen opgedane informatie. Met andere woorden, je geeft je hersenen de ruimte. En wanneer een dergelijke verbinding gelegd is en doordringt tot het bewustzijn, is er sprake van inspiratie. Dan is er ook nog het sleutelelement vertrouwen. Een onwrikbaar vertrouwen in de goede afloop zorgt voor een effect dat het beste als volgt is te omschrijven: het heelal spant zich samen en injecteert je geest met inspiratie. Dit brengt me ook bij het vastdenken en het omdenken. Vastdenken is alsof je steeds verder in drijfzand wegzakt. Omdenken impliceert daarentegen een zekere vorm van afstand nemen van de zaak om je in alle rust op nieuwe ingangen te oriënteren. Zie het als de wegen naar Rome. Met deze filosofie als gids ga ik hier mijn onderzoek uitvoeren en scriptie schrijven.
God didn't save you, I did
Tijdens de lunch schuift Father Albert, de priester uit India die ik soms verdenk een potentieel pedofiel te zijn, aan tafel om samen met ons te eten. Brian is nog op rak en zal later een hapje nemen. De Indiër tovert iets wat een yoghurt- of melkachtige substantie bevat uit de koelkast met de bedoeling zijn glas te vullen en het over zijn rijst te draperen. De melk ziet er niet gezond meer uit; klonterig en vies. “Maybe you should take a look at the expire date,” geef ik Albert een duidelijke hint. Het zuivelproduct is inmiddels twee weken over de datum. “Ah, thank God! I will throw this away,” zegt hij opgelucht. “God didn't save you, I did,” zeg ik met een knipoog. Hij lacht. Inderdaad. De inhoud van een ander zakje knijpt hij uit over de rijst. Deze is een week over de datum. Ik geef het op, hij eet het toch op. Enkele uren later zie ik hem nog gezond en wel, dus zijn lichaam zal er wel resistent zijn als het gaat om voedsel dat al over de datum is.
Tricky questions
Godliva, dat zogenaamde prinsesje, blijft ons maar stalken met berichten over de telefoon. Dat is allemaal leuk en aardig, maar de enige reden dat we het contact met haar enigszins onderhouden is dat haar moeder met ons naar de sportruimte gaat. Over een week kan ik een uitgebreide brief vol met grieven opstellen daar het mijn frustraties omtrent vrouwen betreft. Als je de zeven levensvragen al moeilijk vind, dan hoef je al helemaal niet aan de vrouwenvragen te beginnen. Want weet je wat het is met vrouwen, ze stellen vragen waarop simpelweg geen goed antwoord te geven is. Een voorbeeld uit een sms van Godliva: “What do u think 'bout my size?” Als ik eerlijk ben en zeg dat er best wel een zeehond af mag, is het niet goed. Probeer ik de goede orde te bewaken door te zeggen dat ze er zo prima uit ziet, denkt ze dat ik lieg en dat slechts zeg om haar beter te laten voelen. En zeg ik dat het niet uitmaakt wat haar maatje is en dat hoe ze zich voelt belangrijk is, dan zegt ze waarschijnlijk dat ik de vraag afwimpel. Linksom of rechtsom, het is nooit goed bij vrouwen! Dus negeer ik het smsje. Ook fout. Enkele minuten later biept de telefoon weer. Een bericht van Godliva: “Ah, I get it, you don't want to answer that question. Well, I feel good...” Zucht.
The enemy of my enemy, is my friend
Mensen met een fobie voor ongedierte of mensen die graag een fobie ontwikkelen, zijn hier niet op de juiste plek. Het krioelt van de spinnen, gemuteerde kakkerlakken, gekleurde hagedissen, mieren, muggen en ander ongedierte. Ik geloof dat de 'gone in sixty seconds messiah' van Ajax ooit eens zei dat elk nadeel zijn voordeel heb. Wel, wellicht geldt dat niet voor alle gevallen, maar vanuit een positief perspectief heb ik de voordelen van de aanwezigheid van ongedierte in kaart gebracht. Kruimelen of knoeien is niet erg, de mieren ruimen het op zonder gezeik of gezeur. En de kakkerlakken, spinnen en hagedissen zien de (kapotgeslagen) muggen en vliegen als maaltijd. Het is een geraffineerd ecosysteem waarin de vijand van mijn vijand, mijn vriend is. Het enige waar Bart en ik op moeten letten, is dat wij niet van hun gaan eten. Een mens eet gemiddeld zeven spinnen per jaar terwijl hij slaapt, zegt men. Overigens is dit onzin, zegt men ook, want een mond is voor de spin te warm en te vochtig. Ach, hoe het ook zij, het maakt mij niet uit. Ik merk er immers toch niks van.
Ataraxia: Turtle and Donkey VI
Zweef mee naar het land waar niet aan de essentie van het leven voorbij wordt gejaagd, waar het leven wordt geleefd zoals het behoeft; één met de natuur en in alle rust. Daar waar de natuur je de adem beneemt; velden en stroompjes en bossen verder dan het oog reikt. Vogels zwevend in de lucht, herten grazend in de vallei en vissen glijdend door de wateren. In Ataraxia, de wereld van zielsrust, vinden we langs de uitbundig begroeide oever van de rivier Schildpad en Ezel, verwikkeld in hun dagelijkse ochtendgesprek:
S: “Zeg, Ezel, mag ik je iets zeggen?”
E: “Altijd, Schildpad.”
S: “Ik lieg altijd.”
E: “Dus al onze gesprekken aan de oever zijn gelogen!?”
S: “Kom, Ezel, is dat werkelijk wat ik zeg?”
E: “Ja! Je zegt toch: ik lieg altijd.”
S: “Ik vraag je, Ezel, ben jij wijs?”
E: “Hm'm, daarover hebben we het al eerder gehad...”
S: “Inderdaad. Wat ik wil zeggen, is: ben jij wijs, oftewel, luister je?”
E: “Ik luister!”
S: “Dan zeg ik je nog een keer: ik lieg altijd.”
E: “Is dit weer één van je paradoxen, Schildpad?”
S: “Precies, vriend.”
E: “Een paradox is een schijnbare tegenstelling.”
S: “Je hebt door te luisteren als een wijs iemand kennis opgedaan.”
E: “Dat begrijp ik, maar de paradox, ik vat hem niet...”
S: “Als ik inderdaad altijd lieg, dan is 'ik lieg altijd' dus ook gelogen en lieg ik dus niet altijd...”
E: “En toch lieg je!”
S: “Inderdaad, want ik lieg niet altijd. Het heet de leugenaarsparadox.”
E: “Maar liegen mag toch helemaal niet, Schildpad?”
S: “Ligt eraan hoe je liegen definieert, Ezel.”
E: “Nou, als je niet de waarheid vertelt, lieg je. Simpel.”
S: “Vertel mij, wat is waarheid?”
E: “De waarheid is zoals het is.”
S: “Nee, want iedereen creëert zijn eigen waarheid en daarom is de waarheid nooit eenduidig.”
E: “Wat een onzin praat je toch, Schildpad! Water is water, zon is zon, aarde is aarde. Waarheden die niemand in twijfel trekt.”
S: “Maar dat zijn geen waarheden, Ezel, dat zijn algemeen gedeelde opvattingen die als algemeen gedeelde bouwstenen van een waarheid zijn.”
E: “Goed, maar dan nog moet je waarheid spreken vanuit je eigen waarheid.”
S: “Ben ik het niet met je eens, vriend, en de reden daarvoor is simpel.”
E: “Hoezo?”
S: “Niet iedereen heeft altijd behoefte aan de waarheid.”
E: “Waarom niet?”
S: “Omdat mensen meer behoefte hebben aan balans.”
E: “En wat heeft te maken met waarheid en leugens?”
S: “Alles. Leugens zijn de bewakers van de balans tussen verschillende waarheden.”
Lock, stock and two smoking barrels
Na een dag van hard werken hebben we onze rust wel verdiend. Bier, chips en een film. Vanavond draait er een klassieker in onze provisorische bioscoop: Lock, stock and two smoking barrels. Ik nestel me op het bed, plaats een kussen in mijn rug, strek mijn benen, open het biertje en proost op een goede avond. De eerste slok is altijd het lekkerst; ik voel het koude vocht in mijn keelgat lopen, sluit mijn ogen en slaak een zucht van genoegen. Nog een slok. Net voordat ik de film start ontvang ik een bericht van thuis. “Maria kwam met een brede glimlach in de winkel, kei verrast door je sms.” Leuk. Wel, ik proost nog maar een keer. Dat is het immers wel waard. Vervolgens installeert mijn reisgenoot zich naast me en zie ik weer waarom deze film jaren geleden zo'n goede indruk op me achter heeft gelaten.
Dreams be dreams
Het is alweer nacht. De dagen gaan snel aan me voorbij. Dat is een goed teken, want men zegt dat de tijd vliegt als je het goed hebt. Ik sluit de klamboe voor het slapengaan en speur alle hoeken en kieren van mijn slaapplaats af op de aanwezigheid van de onwetende moordenaressen. Als een jager laat ik mijn lichtbundel over plekken schijnen waar het net in gebreke blijft en houd ik een boek in de aanslag als moordwapen. In Cluedo-taal: “Het was Tom, met een boek in de slaapkamer.” Einstein... Geen insecten met dodelijke parasieten in het bloed, geen kakkerlakken ter grote van een baby vuistje. Niets van dat alles. Ik lees nog enkele pagina's, luister zoals gewoonlijk nog een paar plaatjes en uiteindelijk laat ik dromen, dromen zijn. Usiku mwema!
-
07 Maart 2009 - 19:35
T. José:
Als ik je goed begrijp ben je een vaste basis aan het leggen voor een overvloedige inspiratie die zal leiden tot een terdege onderzoek en een subliem eindwerkstuk.
P.S.
1. Leuk zoals je je "personages" beschrijft.
2. Ooit van een muggenfobie gehoord? -
08 Maart 2009 - 11:56
Oom:
Een nieuwe vriendin Tom? -
08 Maart 2009 - 21:58
Liesje:
Wel wel je beeld over vrouwen, mag toch wel bijgeschaafd worden ;)
Maar je dierenverhalen bevatten een zekere wijsheid! :)
slaap zacht!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley