DEEL 6 - Zeven lagen van de hel - Reisverslag uit Schijndel, Nederland van Tom Keetels - WaarBenJij.nu DEEL 6 - Zeven lagen van de hel - Reisverslag uit Schijndel, Nederland van Tom Keetels - WaarBenJij.nu

DEEL 6 - Zeven lagen van de hel

Door: Mafkeetels

Blijf op de hoogte en volg Tom

24 Februari 2009 | Nederland, Schijndel

DEEL 6:
De zeven lagen van de hel

Take it easy; shut off the engine for a while
Het is eigenlijk als de reis naar Val Thorens. Op een bepaald moment draai je de autosnelweg op, om deze geleidelijk af te leggen. Aan het eind van de weg wordt de rekening opgemaakt en betaal je de tol. Het is blijkbaar mijn beurt. Ik heb de afgelopen dagen en weken een weg afgelegd, maar waarvoor ik nu exact de tol betaal weet ik niet, dat zal waarschijnlijk onbekend blijven. Wel weet ik dat het tijd is even rustig aan te doen door de motor met tussenpozen af te zetten.

Blue Monday
Het ochtendritueel voltrekt zich als iedere morgen op Kibangu Parish, ondanks het latertje de avond ervoor met de Dosla's. Nu beschouw ik het als dagelijks ritme, misschien over een maand als dagelijkse sleur. Na het ontbijt ondernemen we weer een trip naar de universiteit, om mails te checken van familie en vrienden en om docenten achter de vodden te zitten. Dat laatste klinkt als de omgekeerde wereld, maar zo vreemd is dat niet als je er even over nadenkt. Alles lijkt hier omgekeerd, zelfs de sloten op de deuren zijn andersom. Met het geconfisqueerde username en password paraat zoek ik een plekje in de schaduw en klap mijn laptop open. Ik vestig een recordtijd en heb al na 05.43 min. een overzicht van ingekomen mailtjes. Een aantal reacties op mijn site, een van Joost, geen docenten. Ik besluit nog een mail naar mijn begeleiders te sturen met de enkele vraag of men akkoord is met ons plan van aanpak de komende weken. Overigens is Godlisten voor vandaag verhinderd wegens een andere afspraak. Geen probleem, want we hebben nog wat werk te verrichten ten behoeve van de analyse: Tanzania in beeld.

Western imperialism; who of you nuts have got the guts
Zittend op ons stenen muurtje in de schaduw valt ons geoefend oog op een tafel, in de schaduw en met een stroomaansluiting in de buurt. Het Westers imperialisme jaagt door onze aderen en zet een veranderingsproces als dat van Dr. Jekyll in Dr. Hyde in gang. Wanneer de gedaanteverandering is voltooid en de moderne normen en waarden hebben plaatsgemaakt voor de oude normen en waarden – wellicht is het imprint en kunnen we er dus simpelweg niks aan doen – bestormen we de tafel om deze ons toe te eigenen. Ik geloof in de regel dat de enige constante verandering is, maar weet je, sommige dingen veranderen nooit. “Who of you nuts have got the guts!?” denk ik koeltjes en dominant, telkens als een Tanzaniaan een ietwat bevreemde, wegkijkende blik op me vestigt. Kort na het middaguur is het weer tijd om terug te gaan naar Kibangu. Met de meedogenloze zon op onze kruin en in onze nekken, wagen we wederom de lange wandeling.

Pay the price wazungu; dizzyness and lazyness
Heelhuids bereiken we de poort van Kibangu Parish, waar toevallig Brian en Winji ons in de nieuwe jeep tegemoet komen rijden. “You made it all on foot?” vraagt Brian met ongeloof in zijn stem, “you are strong, walking that far under these conditions.” Klopt, al prefereer ik in het vervolg een ritje met de auto, want even later is het duidelijk dat de lange dag ervoor en deze wandeling zijn tol eist. Bart is moe, duizelig, een beetje misselijk zelfs. Ook ik ben niet volledig vrij van enkele lichamelijke klachten; een zeurende pijn heeft zich vlak boven mijn ogen genesteld. We besluiten dat we het voor de rest van de dag maar beter rustig aan kunnen doen, een powernap inlassen en even bekijken hoe het loopt. Morgen is er immers weer een dag en voorkomen is beter dan genezen. Tegen de avond wordt het er bij Bart niet beter op. Hij voelt lichte pijn in zijn elleboog en knie, is nog altijd een beetje misselijk en duizelig en link naar onze aartsvijand 'Malle Ria' is makkelijk om te leggen. Geen zorgen vooralsnog overigens. Het kan geen kwaad het een dag of twee aan te zien, maar erg relax is het allemaal niet natuurlijk.

Oh, lame Tuesday; one flu over the coockoo's nest?
Bart en ik voelen ons niet helemaal fit; Bart ondervindt nog pijn in spieren en gewrichten en de pijn boven mijn ogen hecht zich alleen maar meer vast. Al met al niet de ideale omstandigheden om te werken, maar het is belangrijk enigszins op schema te blijven vandaag. Tijdens het ontbijt geeft Brian aan dat als we ons morgen niet fitter voelen – hij zoekt de oorzaak voor onze lamme toestand in het feit dat het zondag erg laat is geworden en in de meedogenloze wandeling van gisteren – we een kort bezoekje aan het ziekenhuis gaan nemen. Gewoon, om het zekere voor het onzekere te nemen en hopelijk de intrede van malaria – wat niemand verwacht – uit te sluiten. Het is een beetje behelpen, rustig aan doen en maar zien tot waar we het schip vandaag varen.

Worms, open warfare; live meaningless or die with purpose
Het is tijd voor pauze. Mijn laptop heeft brandende afdrukken achtergelaten op in mijn schoot en moet nodig afkoelen. Ik werp mijn makker een DS toe, neem er zelf ook een en maak het me gemakkelijk op het toilet; Worms, open warfare! Iemand die betere ontspanning kent dan hersenloze oorlogvoering met wormen terwijl je ook nog eens de spier die normaal gespannen is ontspant, mag nu zijn vinger opsteken. Wat!? Leugenaar. Overigens, ik stel bij deze vast dat diarree een vaste variabele is. Hilarische paradox. Ach, zolang het de zuidelijke uitgang verkiest boven de noordelijke, hoor je mij niet klagen. Onder het mom van 'live to fight another day' en met het strategisch oog van Marc Anthony leid ik mijn dappere, superieure wormen naar een glansrijke overwinning op het uitschot van mijn metgezel. Een voor een delven zij eervol het onderspit, daar zij ondanks nooit enige kans gemaakt te hebben, toch de strijdt aan zijn gegaan. Rust in stukjes.

Eros and tanatos; who are we trying to fool?
Nog even terugkomend op Worms, het oorlogsspel met wormen, wil ik even aanstippen dat in mijn beleving onze samenleving scheef in elkaar steekt. Kijk, als overwegend collectief verafschuwen we hoeren – die in hun werk, zij het op een enigszins verdraaide manier, haast naadloos aansluiten op één van de twee oerdriften, eros (liefde) – en vereren we de soldaat die in een oorlog sterft voor zijn land – de tweede oerdrift, tanatos (doodsdrift). Seks en dood. Ze zijn verschillend en hetzelfde. Om dat laatste moment te bereiken, die climax, moet je de controle immers opgeven. Over je lichaam, over je ziel. Interessant om te overdenken, nietwaar? Het eros wordt overschaduwd door een alomheersend taboe, vanuit religie en vanuit normen en waarden die hun wortels vinden in de samenleving. Het tanatos beschouwen de meesten onder ons als een absolute, gerechtvaardigde noodzaak. Oorlog. Natuurlijk is het nodig elkaar van tijd tot tijd – of eigenlijk zonder globale pauze – de hersens in te slaan. (sarcastisch). Ach, elk nadeel kent voordelen; oorlog houdt de mensen bezig, zorgt voor werkgelegenheid en het reguleert de totale wereldbevolking. In feite zijn eros en tanatos beiden noodzaken. Goed, dit gezegd te hebben rest mij de vraag: wie proberen we nu eigenlijk voor de gek te houden met dat taboe?

Count to four... Floating off to the land of dreams
Naarmate de dag vordert, voel ik me alleen maar beroerder. Rapporten doorspitten vanaf een laptop en afwezig aantekeningen krabbelen op velletjes papier die ik straks toch weer kwijt ben, heeft even geen zin meer. Paracetamol, muziek en slapen. Ik pleeg spoedoverleg met mijn alter-ego's – een schizofreen is nooit alleen – en bereik unanieme overeenstemming. Terwijl enkele momenten later het pilletje op de golven van Kilimanjaro-water door mijn innerlijke krochten surft, leg ik mezelf te rusten onder de klamboe. Ik heb het warm en er staat een dun laagje ziekte zweet achter de coulissen te trappelen zich te tonen. Ik wurm de oordopjes van mijn iPod in mijn oren en zo snel als mijn vingers het toelaten, spoor ik 'Four' op – excuses, neef, ik heb het via via voor deze reis weten te bemachtigen – en stel het apparaat zo in dat het lied zich herhaaldelijk afspeelt. Onder aangename dwang van de met zorg beroerde snaren en de zwevende met melancholie bezwangerde klanken van de saxofoon, sluit ik mijn ogen en laat me terugvoeren naar die doordeweekse avond in de Rode Pimpernel, waar Danny en Thom hun optreden opvoeren tot een memorabel hoogtepunt. Plots valt de muziek stil, waarna Danny tot four telt; een rilling schiet van mijn tenen omhoog tot aan mijn kruin, het voelt alsof iets een deken van kippenvel over me heen trekt. Ja, dit nummer gaan zonder enige moeite dwars door merg en been. Dat is het laatste dat me te binnen schiet, voordat ik, op de vierde tel, in dromenland beland.

Descending the seven layers of hell
Na het middagdutje ben ik nog lammer dan tevoren. Bart haalt me over samen een film vanaf mijn laptop te kijken. De keuze valt op Clerks, dat een aaneenschakeling van hilarische dialogen is. Kilte is niet het juiste woord voor het gevoel dat over me neerdaalt – geen idee wat het goede woord wel is – maar de koude rillingen langs mijn rug, zelfs tot in mijn botten door dringend, is behalve misselijkmakend ook benauwend. Alsof het mijn hart wil verkleuren in de verdoemde kleur van het duister. Uit alle macht probeer ik het onvermijdelijke te voorkomen. De kracht vloeit langzaam weg uit mijn lichaam, mijn shirt kleeft aan mijn lichaam en mijn haar plakt aan mijn voorhoofd. Een allesovertuigende golf van pijn en misselijkheid drijft me als een zwalkende dronkenman naar het toilet. Van onder tot boven komt alles eruit; mijn eten van de laatste dagen, het dropje tijdens de film, water en gal. Met één hand zoek ik steun, braak boven de wc-pot, mijn ogen en neus schieten vol tranen en snot, en ga er vliegensvlug op zitten. De ondraaglijke stank van kots en diarree verspreidt zich om me heen. Als het over is, kom ik hijgend en zwetend bij en strompel ik zo slap als een vaatdoekje naar het bed. Ik laat me neerploffen en trek mijn knieën hoog op om de lichte maagkrampen te verdrijven. Ik lig nog maar net als de volgende golf inzet. Sommige gelovigen beweren dat de hel net als een ui is en uit zeven lagen bestaat. Het gevoel deel ik in elk geval, want het is alsof ik deze middag met toenemende snelheid afdaal. Een tinteling rukt op vanuit mijn tenen, helemaal tot in mijn bovenbenen. Het is het gevoel van een slapend lichaamsdeel maar dan zwaarder, als de voorbode voor een krampaanval. Dat baart me nog geen zorgen, maar als ik even later mijn benen nauwelijks meer kan bewegen, besef ik dat ik me nooit eerder dichterbij hetgeen heb gevoeld waarvoor Christenen het meest bang zijn.

The waves won't seem to heal, the pain is just to real
Een half uur later zit ik met een emmer tussen mijn knieën geklemd in de auto op weg naar het ziekenhuis. De tintelingen in mijn benen en handen komen en gaan als eb en vloed. Het verkeer staat muurvast, maar gezien mijn toestand kan ik me er onmogelijk druk om maken. Ik went al mijn energie aan om mezelf zo goed als ik kan onder controle te houden. Vlak voor aankomst keren de tintelingen terug en moet ik mijn tanden stevig op elkaar klemmen omdat ik nu ook word geteisterd door een hevige kramp. Ik kan de pijn niet negeren, het lijkt maar niet over te gaan, het is té echt. Bart ondersteunt me naar de receptie van het kleine ziekenhuis. Terwijl ik op een van de houten banken zwetend en knikkebollend zit te wachten, regelen Brian en Bart mijn aanmelding. Ik heb voor de zekerheid mijn paspoort, gele boekje en propere naalden uit Nederland met me meegenomen. Niets van dat alles blijkt nodig. Even later strompel ik richting een klein kantoor, zelfs Brian is nu beter te been dan ik, en verricht een dokter een klein onderzoekje; bloeddruk, klachtenbehandeling en een blik in mijn pupillen. Ik word doorverwezen naar het laboratorium, waar een andere dokter een buisje bloed van me aftapt. Hij gaat het onderzoeken op malaria, griep en buiktyphus maak ik op in een toestand die het best als volgt is te beschrijven: ik kan hier elk moment een smak maken waar zelfs Lambik nog zijn pet voor af moet nemen.

Heaven must be missing an angel
Wederom mag ik naar een ander kantoortje, waar ik op een stretcher plaats mag nemen en waar ze een infuus aan gaan leggen. Twee zusters zijn naarstig op zoek naar aderen bij mijn pols, die zitten er meer dan genoeg, maar prikken ze de eerste keer mis. “Pole sana”, zegt ze schuldbewust. “Hakuna matata”, antwoord ik met een geruststellende glimlach. De tweede keer lukt het wel en krijg ik vanuit een plastic zakje een oplossing van water en van alles wat geloof ik toegediend. Ik voel me steeds beter worden, heb niet meer hoeven overgeven en sluit mijn ogen om wat welverdiende rust te nemen. Ze komt langzaam doch gestaag, nestelt zich als een microbe in je bloedbanen om daar tot in de eeuwigheid doorheen te razen, vermomt zich achtereenvolgens als dipje en griep, om uiteindelijk haar laatste masker af te doen en haar ware gezicht te tonen: Malle Ria. Om precies te zijn luidt mijn diagnose 'malaria point 4', wat niet niks is maar waarover ik me ook niet al te veel zorgen hoef te maken. Het komt goed lezers, geen zorgen. Dan trakteert de knapste zuster van de twee – de hemel moet een engel kwijt zijn – op een derde injectie in mijn billen. Onder het mom van 'I feel like party right now' laat ik mijn korte broek een stukje zakken. Het is een flinke naald waarvan menig mens flauw kan vallen, maar gelukkig heb ik daar dan weer geen last van. Na een tweede toediening via het infuus mag ik weer naar huis. Het is alsof ik slaapwandel, want van de rit terug kan ik me nauwelijks iets herinneren.

Despite lack of appetite
Het is al betrekkelijk laat wanneer ik aan tafel schuif voor het avondeten. Nee, ik heb geen honger maar besef dat het belangrijk is toch wat eten tot me te nemen. Daarbij moeten Bart en ik een overdosis aan Lariam innemen deze avond en nacht, iets wat niet mag op een lege maag. Ik besluit een portie spaghetti en salade op te scheppen. Of ik mijn bord leeg at, herinner ik me niet meer. Wat ik wel weet, is dat de drie zware pillen Lariam ervoor zorgen dat ik rustig aan ga doen en mijn motor zelfs gedwongen afslaat.

  • 24 Februari 2009 - 09:27

    T. José:

    Gòh Tom, je laat ons wel even schrikken! Malaria! Daar was je toch voor ingeënt en/of had je pillen voor geslikt???

  • 24 Februari 2009 - 16:21

    Broer:

    Inzichtelijk dat je de dichotomie Eros en Thanatos als 'verschillend en toch hetzelfde' ziet (hoewel behoorlijk een-dimensionaal gedefineerd), beide drijfveren naar twee meta-poëtische begrippen. Het ene begrip is een instinctuele drijfveer naar leven en het andere naar de dood. Eros is symboliek voor liefde in het breedste begrip; door het te reduceren tot seksuele drift verliest het alle betekenis. Liefde omvat niet alleen maar persoonlijke relaties, of seks, maar ook de dynamiek op collectief niveau die we ons misschien nooit voor zullen kunnen stellen. Voor Thanatos geldt hetzelfde; het omvat vele betekenissen van 'het einde' wat niet per definitie de (biologische) dood hoeft te zijn.

    ..

    Tja, thuis konden we over dit soort onderwerpen avonden lullen, nu moet het maar via waarbenjij.nu :)

  • 24 Februari 2009 - 19:26

    Oom:

    Na het lezen van dit bericht heb ik "jullie Pa" gebeld en kreeg een geruststellend antwoord dat het weer goed met je gaat.
    Tja jongen, van boven en onder tegelijk is lastig he.
    Beterschap maatje.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Tom

Afstudeeropdracht: Onderzoek de mogelijkheden naar het opzetten van een supply chain voor Jatropha zeep in Tanzania.

Actief sinds 28 Dec. 2008
Verslag gelezen: 177
Totaal aantal bezoekers 30830

Voorgaande reizen:

02 Februari 2009 - 02 Juni 2009

Mijn eerste reis

Landen bezocht: